NEGATIEF ZELFBEELD
Als jouw kind een negatief zelfbeeld heeft, vindt het zichzelf niet goed genoeg. Hierdoor kan je kind moeite hebben met kritiek, dingen niet durven, blokkeren op prestatiemomenten, zichzelf overschreeuwen. Het is niet meteen zorgelijk als je kind een keer zegt dat het iets niet kan of buikpijn heeft voor diploma zwemmen. Maar als je kind vaak negatief is over zichzelf en dit hem belemmert in het dagelijks leven, kan het goed zijn om hulp te zoeken. En te werken aan een positief zelfbeeld.
Aan de volgende signalen kun je merken dat jouw kind een negatief zelfbeeld heeft:
- Negatief over zichzelf praten: ‘Ik kan het niet’, ‘Ik ben dom’.
- Verlegen, afwachtend, geen initiatief nemen.
- Tegen dingen opzien of situaties vermijden waarin het kan falen.
- Veel bevestiging vragen of hij het goed doet.
- Moeite met kritiek.
- Bij jou in de buurt blijven en vaak jouw hulp vragen.
- Het lastig vinden om voor zichzelf op te komen.
- Zichzelf overschreeuwen en zich stoer of clownesk gedragen.
- Behoefte aan duidelijkheid en structuur.
- Regelmatig buikpijn, hoofdpijn of andere lichamelijke klachten.
Met deze tips kun je thuis aan de slag:
- Stimuleer je kind zoveel mogelijk om zelf tot oplossingen komen.
- Geef je kind ruimte voor zijn manier: probeer ‘goed’ en ‘fout’ te vermijden (oordelend) en spreek over ‘helpend’ of ‘niet handig’.
- Wees een positief voorbeeld en denk in mogelijkheden: ‘Hoe zou dat je toch kunnen lukken?’
- Probeer je kind te begrijpen: geef niet meteen tegengas bij negatieve gedachten zoals ‘Ik kan het niet’ en benoem het onderliggende gevoel (bijv. ‘Je baalt enorm hè’).
- Laat je kind merken dat je in hem gelooft: geef complimenten over het proces en niet over het resultaat.
Een positief zelfbeeld is heel belangrijk voor het zelfvertrouwen